UTRECHT - Het Openbaar Ministerie heeft vandaag onvoorwaardelijke celstraffen van een jaar en zes maanden geëist tegen een 22-jarige en een 19-jarige man uit Utrecht. Ze worden ervan verdacht cocaïne, heroïne en hasj te hebben gedeald in hun woonplaats en omringende gemeenten.


De twee mannen die vandaag terecht stonden, werden op 17 november aangehouden. Ze kwamen in beeld na onderzoek naar een telefoonnummer dat veelvuldig werd gebruikt voor het bestellen van harddrugs, een zogenaamde deallijn. Uit onder meer observaties, telefoontaps en getuigenverklaringen blijkt in de visie van het Openbaar Ministerie dat de twee in 2020 maandenlang gebruikers hebben voorzien van hard- en softdrugs.

De zaak van vandaag komt voort uit een grote actie waarbij afgelopen november en december zestien veelal jonge verdachten van drugsdealen zijn opgepakt. Zes van hen werden op snelrechtzittingen al veroordeeld tot gevangenisstraffen tot tien maanden. Een verdachte werd vrijgesproken. De actie komt voort uit de aanpak van ondermijning, die zich in Midden-Nederland voornamelijk richt op drugs- en drugsgerelateerde criminaliteit. In de Utrechtse wijken waar dit probleem zich manifesteert, met name in Utrecht Zuid, is een brede aanpak ontwikkeld door gemeente, politie, Belastingdienst en OM. De aanpak bestaat uit een combinatie van hulpverlening en afschrikking.

Straatdealers vormen een onmisbare schakel in de grotere netwerken van drugshandel; netwerken waarin excessief geweld of dreiging daarmee als instrument gebruikt wordt om het criminele imperium in stand te houden of uit te breiden. Liquidaties van criminelen, maar ook onschuldige mensen, worden daarbij niet geschuwd.

Tijdens het onderzoek werden onder andere een auto, telefoons, dure kleding en contant geld in beslag genomen. De officier van justitie vroeg de rechtbank dit beslag niet terug te geven aan de verdachten.

Beide verdachten zitten sinds hun aanhouding in voorarrest. De rechtbank doet over twee weken uitspraak.