UTRECHT - De provincie Utrecht heeft de Awb-Adviescommissie gevraagd om uitstel voor de inhoudelijke behandeling van de bezwaren tegen de verleende vergunning om wolf GW3237m te vangen, verdoven en zenderen. Dit verzoek is gehonoreerd. De hoorzitting stond gepland voor vrijdag 25 oktober aanstaande. Deze week ontving de provincie nieuwe feiten van de Zoogdiervereniging, die om aanpassing van de onderbouwing van de vergunning vragen.
De voorzitter van de Bezwaarschriftencommissie heeft het verzoek om uitstel van de hoorzitting in de zaak van de wolf gehonoreerd. Het provinciebestuur heeft hier deze week om gevraagd omdat er nieuwe informatie op tafel kwam.
De provincie wil nu eerst beoordelen wat de nieuwe feiten betekenen voor de voorgenomen vergunningverlening om de wolf te zenderen en te paintballen.
De commissie oordeelde, dat gezien de korte termijn tot de hoorzitting in combinatie met de nieuwe informatie, het niet mogelijk was om een goed gesprek te voeren. Daarom wordt een nieuwe datum voor de hoorzitting vastgesteld.
Nieuwe feiten
Uit recent DNA-onderzoek op de uitwerpselen van de welpen, blijkt dat wolf GW3237m de vader is van de welpen op de Utrechtse Heuvelrug. Tot nu toe dachten de experts dat een andere wolf, GW3425m, de vader was. Deze wolf werd eind augustus 2024 doodgereden op de A28 bij Putten, zo blijkt eveneens uit recent DNA-onderzoek.
Wolvenexperts gingen er op basis van monitoring vanuit dat GW3237m een solitaire, dus alleen levende wolf was. Deze wolf vertoont regelmatig ongewenst gedrag door binnen 30 meter afstand van mensen (met hun hond) te komen. Om dat gedrag af te leren, adviseerden de deskundigen om tot vangen, verdoven en zenderen over te gaan en bij onvoldoende effect, tot paintballen.
De nieuwe informatie leidt ertoe dat de provincie de Zoogdiervereniging om een aanvullend advies vraagt. Aan de hand daarvan kan worden bezien of de reeds bestaande zorgen over het ongewenste gedrag van GW3237m groter of anders worden.
Onderbouwing
De nieuwe feiten kunnen mogelijk aanleiding zijn om verdergaande maatregelen te treffen tegen deze wolf. De provincie gaat nog steeds uit van de noodzaak om in te grijpen, maar wil de onderbouwing van de verleende vergunning bezien in het licht van de nieuwe feiten. Ook wil de provincie zowel de bezwaarmakers tegen de vergunning – de Stichting De Faunabescherming en Stichting Animal Rights – als de Awb-Adviescommissie de gelegenheid geven om de nieuwe feiten en de consequenties daarvan mee te nemen in het vervolg van de procedure.
Het provinciebestuur heeft daarom woensdag 23 oktober om uitstel van behandeling van de zaak gevraagd aan de Awb-Adviescommissie.
Dit verzoek is op donderdag 24 oktober door de voorzitter van de Bezwaarschriftencommissie gehonoreerd.