Mishandelen, opsluiten en vastbinden
Tussen mei 2020 en januari 2021 mishandelde de teamleider een patiënt uit de zorginstelling, waar mensen met een verstandelijke beperking verblijven. Samen met één van haar collega’s sleepte de hoofdverdachte deze patiënt hardhandig over stoeptegels, waarbij het slachtoffer aanzienlijk rugletsel opliep. Ook werd dit slachtoffer opgesloten in een kamer. Uit aangiftes, verhoren en camerabeelden blijkt verder dat één van patiënten door de hoofdverdachte opgesloten werd tussen traphekjes en in een kamer. Daarnaast werd dit slachtoffer door de verdachte en een andere collega met een broekriem vastgebonden aan een reling.
Vertrouwen geschaad
De handelingen van de verdachte en haar collega’s zijn volgens de rechtbank op geen enkele manier gerechtvaardigd en hebben een ernstige inbreuk gemaakt op de persoonlijke vrijheid en lichamelijke integriteit van de patiënten. De rechtbank neemt het de verdachte extra kwalijk dat juist zij verantwoordelijk was voor de zorgvuldige zorg van deze patiënten, die allebei functioneerden op een verstandelijk niveau van hele jonge kinderen. Met haar handelen heeft de verdachte het vertrouwen van de familieleden in de zorgverleners van de patiënten geschaad. Tegelijkertijd heeft de rechtbank ook oog voor de situatie waarin verdachte de feiten heeft gepleegd. De intensieve verzorging van de patiënten in coronatijd, waarbij zij 24 uur per dag op de afdeling verbleven en waarbij ook veel werd overgewerkt, was niet eenvoudig en zorgde ongetwijfeld voor veel mentale stress. De verdachte wist mede door deze omstandigheden niet hoe zij moest omgaan met haar verantwoordelijkheden en maakte daardoor foute keuzes.
Veroordelingen
De officier van justitie eiste 360 dagen cel tegen de teamleider, waarvan 86 dagen voorwaardelijk. De rechtbank vindt een taakstraf van 240 uur, de maximale taakstraf, passend en legt de vrouw daarnaast een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden op. De rechtbank ziet geen ruimte om de verdachte een beroepsverbod op te leggen. Een beroepsverbod is namelijk alleen mogelijk bij specifiek in de wet omschreven misdrijven en de door verdachte gepleegde strafbare feiten vallen daar niet onder. De verdachte die samen met de teamleider een patiënt met een broekriem aan een reling vastbond krijgt 40 uur taakstraf opgelegd wegens vrijheidsberoving. De derde verdachte is schuldig bevonden aan mishandeling door te helpen met het verslepen van een patiënt, maar krijgt geen straf. Vlak voor het verslepen van de patiënt uitte zij haar zorgen over het verslepen bij de medeverdachte, die haar leidinggevende was, die dit wegwuifde en erop aandrong dat zij haar hielp. Het is goed voorstelbaar dat deze verdachte, als jonge en nieuwe medewerker, ontzag had voor de teamleider en daarom meehielp. Na het feit heeft de verdachte melding gemaakt van het incident en heeft zij zich direct en oprecht bekommerd om het slachtoffer. Sindsdien heeft zij zich zeer schuldbewust en berouwvol opgesteld. Mede daarom vindt de rechtbank het niet passend om deze verdachte een straf op te leggen.